MIDDENMEER – Uit geuronderzoek blijkt dat afvalverwerker HVC in Middenmeer de geldende geuremissienorm met een factor drie overschrijdt. Om de geuroverlast te reduceren heeft de Omgevingsdienst Noordzeekanaalgebied (OD NZKG) een ‘last onder dwangsom’ opgelegd die kan oplopen tot 90.000 euro. HVC moet binnen zes weken voldoen aan de norm.
HVC Middenmeer startte eind 2017 een onderzoek naar geurbronnen. Uit dit onderzoek bleek onder andere dat de geldende geuremissienorm voor de biofilters van de composteerhal met een factor drie wordt overschreden.
Geurklachten HVC
In 2016 en 2017 ontving de OD NZKG over HVC Middenmeer veel stankklachten van bewoners uit Medemblik, Opperdoes en omgeving, met een piek in het najaar 2017. De OD NZKG startte toen een handhavingstraject om de geuroverlast te beperken. De toezichthouders van de OD NZKG controleren intensief of het bedrijf zich aan de milieuregels in de vergunning houdt.
Maatregelen
HVC maakte een plan met maatregelen om de geuremissie van alle geurbronnen te reduceren. Met de implementatie van deze maatregelen wil HVC eind 2018 starten. De OD NZKG vindt dit te laat en wil via de dwangsom HVC binnen zes weken maatregelen laten treffen om te voldoen aan de geuremissienorm van de biofilters.
Dwangsom
De OD NZKG heeft het bedrijf een dwangsom opgelegd die kan oplopen tot 90.000 euro. Als de OD NZKG na de termijn van zes weken een overtreding van de geurnorm vaststelt moet HVC aan de provincie Noord-Holland de dwangsom betalen.
