MIDDENMEER – De 56-jarige Jolanda B. en de 57-jarige Stendert L. ontkennen dat er tussen 1 april 2015 en 24 oktober 2017 sprake is geweest van serieuze misstanden onder hun toezicht. Dat zei advocaat Joke van der Lem vrijdag tegen de politierechter tijdens een regiezitting tegen de twee verdachten uit Slootdorp.
Justitie verdenkt B. en L. ervan dat ze in het Thomashuis in Middenmeer zorg hebben aangeboden aan vier fysiek en verstandelijk beperkte cliënten terwijl ze niet de vereiste registratie in het BIG-register hadden. Ze zouden de vier cliënten ook niet de zorg hebben geleverd die ze nodig hadden. Zo werden de cliënten volgens justitie niet tijdig verschoont, kregen onvoldoende te eten en zouden elkaar medicijnen hebben moeten toedienen zonder dat daar goed toezicht op was. Als de cliënten iets verkeerd deden, moesten ze volgens justitie soms uren op een strafbankje zitten. B. zou daarnaast een van de patiënten fysiek hebben mishandeld door haar te slaan, koud water over haar heen te gieten en met kracht een tampon in te brengen terwijl ze dat niet wilde.
De officier van justitie verontschuldigde zich op de zitting tegenover de verdediging, omdat er niet eerder contact was geweest over eventuele onderzoeksvragen. De officier stelde de verdediging niet te hebben willen passeren, maar zat met een flinke tijdsdruk om de verdachten te dagvaarden. Reden daarvoor is dat een deel van de feiten inmiddels al is verjaard, en daarom moesten de verdachten zo snel mogelijk gedagvaard worden.
De advocaat van B. en L. vroeg op zitting om 8 getuigen te laten horen, met name medewerkers van het Thomashuis en ouders van vermeende slachtoffers. Op deze manier zou er een beter beeld moeten kunnen ontstaan van de situatie. Het is nog niet duidelijk wanneer de zaak opnieuw voor de rechtbank moet verschijnen.
