Column Nadine Swagerman – Stinkend rijk

Van de week, toen ik keihard aan het werk was, hoorde ik ergens in de verte een stemmetje in mijn hoofd. Ik stopte met wat ik aan het doen was en luisterde naar wat het me wilde vertellen. De eerste paar keer kon ik het niet goed verstaan, maar al snel was ik er zeker van dat het stemmetje ‘koop een staatslot’ zei. Koop een staatslot.
Gek, dat een stem in mijn hoofd zoiets zegt, want ik doe daar namelijk helemaal niet aan. Ik geef geen geld uit aan dat soort dingen. Maar de stem in mijn hoofd was dusdanig overtuigend, dat ik begon te wankelen; misschien moest ik het toch een keer proberen. Voor ik het wist had ik beelden in mijn hoofd van een leven in rijkdom. Ik kon het niet helpen, mijn hersenen namen me mee op reis langs een leven dat ik eventueel zou kunnen hebben, wanneer ik de Staatsloterij zou winnen.
Een vrijstaand huis op een prachtige locatie, een mooie auto, een boekenkast vol nieuwe boeken, en de mogelijkheid om een eigen bedrijf te beginnen. En terwijl ik langs het imaginaire zwembad in de tuin liep, realiseerde ik me dat zo’n leven me best aanstond. Dat het idee van een financieel zorgeloos leven best aantrekkelijk was. Kopen wat je wil, wanneer je dat wil.
Volledig tegen mijn “zijn” in reed ik diezelfde middag nog naar het winkelcentrum om een staatslot te kopen. En ik moet eerlijk zeggen dat ik dat helemaal een beetje spannend vond. Toen de verkoopmedewerker vroeg wat voor eindcijfer ik wilde, wist ik het meteen; een negen. Dat is wat het stemmetje in mijn hoofd me had verteld, dus dat was wat ik ging doen. Klinkt haast alsof ik gek werd, niet?
Thuis aangekomen – met het staatslot veilig opgeborgen in mijn tas – voelde ik een vreemd soort spanning. Misschien was dit wel de laatste dag ik had moeten werken om de rekeningen te betalen. Misschien stond mijn leven straks volledig op zijn kop, omdat ik ineens miljonair zou zijn.
Op het moment dat de trekkingsuitslag beschikbaar was, voerde ik met trillende vingers het nummer in op de website en vlak voordat ik op enter drukte, sloot ik even mijn ogen. Dit was het moment.
Ik won niets. Helemaal niets. Niet eens €7,50, terwijl ik hoor dat dat bedrag vaak gewonnen wordt. Maar niet door mij. Ik doe één keer in mijn leven mee met de staatsloterij en wat win ik? Niets. Dat stemmetje in mijn hoofd is een asshole. Hij – of zij – heeft tegen me gelogen. En hoe! Nooit zou ik uit mezelf een staatslot kopen. Nooit.
‘Is dat een staatslot?’ mijn vriendin keek me met grote ogen aan. ‘Heb jíj een staatslot gekocht?’
‘Ja,’ zei ik en ik vertelde haar over het stemmetje in mijn hoofd.
‘En, heb je wat gewonnen?’
Ik schudde mijn hoofd.
‘Helemaal niets?’
‘Nee,’ zuchtte ik.
Ze haalde haar schouders op, ‘ach, gelukkig ben je al rijk.’
Ik glimlachte, want ondanks dat haar woorden een enorm cliché zijn, had ze gelijk; ik ben rijk.
Stinkend rijk.
Nadine Swagerman blogt onder eigen titel op ‘Wat Zij Wil